Maandag 22 mei. Leren lezen gebeurt als je 6 bent, meestal, in het reguliere onderwijs. Bij ons is dat anders en mag je leren lezen op het moment dat jij er zelf aan toe bent. Misschien ben je 4 jaar en wil je al beginnen. Dat kan. Doe het maar. Wat heb je nodig? Wij helpen je. Misschien ben je 5, of 6 of 7 en leer je lezen in je eigen tijd. Opeens kun je het. Wij wisten van niets, maar horen je lezen ‘geluk’. Hé, je kunt het. Misschien ben je 8 en wil je het kunnen en blijft het toch lastig. Al die letters die op elkaar lijken, maar net anders worden uitgesproken. Al die klanken die maar geen woorden willen worden. Wat doe je dan? Hulp bieden, want hij wil het kunnen. Letters knippen, letters leggen, woorden vormen. Hij maakt zelf de woorden. Iedere week komen er een paar letters bij. Zeven woorden elke keer, met een klinker in het midden en een medeklinker ervoor en erachter. Soms twee, want uitproberen vindt hij leuk. ‘Kern’ bedenkt hij vandaag. En soms per ongeluk een Engels woord, waarvan het jammer is dat je het zo heel anders schrijft dan je het uitspreekt. Die zeven woorden gaat hij lezen, spellend eerst nog, maar steeds minder spellend en steeds meer in één keer. Hij kan het! Zo wordt leren lezen weer wat leuker en vraagt hij mij: “Het zou leuk zijn als ik ook zo’n schrift met ruitjes zou krijgen. Dan kon ik daar mijn eigen sommen in schrijven.” Tijd voor een ruitjesschrift dus. En tijd & aandacht voor elke leerling die klaar is om te leren lezen, spellen, schrijven, rekenen.