Maandag 14 april. Heerlijk om iets te doen wat je al een tijdje in je hoofd hebt, en waar je je heel erg op verheugd. Vorige week kregen we de methode Schrijfdans voor peuters en kleuters: liedjes op cd met daarbij beschreven bewegingen in de lucht en op papier, bedoeld als voorbereiding op het uiteindelijke schrijven. Op mijn vorige school had ik met deze methode gewerkt, en zowel de kinderen als ik vonden dat altijd fantastisch. Vandaag voor het eerst: Schrijfdans op De Vrije Ruimte. We lazen het verhaal over twee kinderen op het strand, die allebei een zandberg gingen maken, en daar later druppels over lieten vallen. Toen het liedje: "Op het strand is veel za-and, mijn berg is hier, jouw berg is daar, en nu ben ik klaar." Begeleid door vriendelijke pianomuziek zag je het strand voor je. Steeds  meer kinderen gingen meedoen met de bewegingen die bij het liedje hoorden.

"Wanneer gaan we nou tekenen?" vroeg Zita. "Ga maar zitten", zei ik. Twee kinderen per tafeltje, en toen… kreeg ieder kind een klodder scheerschuim voor zich. Ik zette het liedje weer aan. Met je beide handen door het scheerschuim dezelfde bewegingen maken als net in de lucht. Ik genoot van wat ze deden en zij genoten van het schuim. We maakten het nog mooier door iedereen een druppeltje verf in het schuim te geven, zodat er gekleurde bergjes kwamen. Een groot vel papier eroverheen om een afdruk te maken, en klaar waren we. Wat roken onze handen lekker, van al dat scheerschuim. "Wanneer gaan we het nog een keer doen?" vroeg Yanna. "Gauw!" zei ik.