Vrijdag 16 november. Soms lukt het om je over te geven aan wat de dag je brengt. Een grote dobbelsteen wordt overgegooid in de speelruimte. ‘Laten we hem rollen’, zeg ik. ‘En dan kijken wie het hoogste gooit.’ Luc doet mee. Hij telt zijn getallen bij elkaar op. ‘We gaan tot de 100!’ Hij wint. 

Met wasco kleuren over buiten opgeraapte blaadjes onder een papier en het patroon zien ontstaan. Yannah doet mee. We knippen het uit en hangen het op het raam. Isra tekent een prinses, een vlinder, sneeuwvlokken en een zon. ‘Wil jij het voor mij uitknippen?’ Ze kijkt toe hoe ik het doe. 

Buiten wordt gesprongen en gebald. Keiro verzamelt kinderen voor zijn spel ’s middags. Enthousiast komen ze aangerend: ja, estafette met pittenzakjes! Keiro doet het eerst voor met zijn vrienden, en daar rent de rest er achteraan. Een tikspel nog, en dan is het tijd voor fruit en rusten we uit. Met een doekje maken we de tafels schoon. 

Een gewone dag, vol ingebouwde rust. Een dag om niet te vergeten. Een dag om me te herinneren wanneer die rust er even niet is.