16 mei 2017. Soms lijkt het een topje van een ijsberg, dat wat je op een dag te zien krijgt op school. Een gesprek tussen vriendinnen, een jaar of 12, zittend op de trap. Ergens vang je het woordje ‘crisis’ op. Je kijkt en blijkbaar ligt er een vraag in je blik. Ze zeggen: “Het gaat helemaal goed hoor, we komen er wel uit.” Verder denk je er niet over na. Twee jongens, 5 jaar, met het Rupsje-Nooitgenoeg-spel, aan elkaar leggen ze uit hoe het moet. Gaat het goed? Zonder ruzie? Even later is het spel weer opgeruimd. Je weet niet hoe het ging. Zij zijn alweer buiten, spelen met anderen.

Joos, net 4, net op school: “Het was een beetje donker in mijn tas, dus toen kon ik niet goed zien. Maar ik kon wel voelen wat ik moest hebben.” Huppelend loopt ze de trap af. Je ziet brokjes en stukjes en als je geluk hebt, ben je deelgenoot van wat kinderen beleven. Leef je met hen mee. Een beetje.