Maandag 28 september. Iets ergert je: geloop en geschreeuw aan tafel. Je denkt dat je de oorzaak weet: iedereen wil tegelijkertijd tosti’s maken, loopt daarom van zijn plaats, roept dat hij nu aan de beurt is. Je komt met een voorstel: 1 tostidag per week. Nee, natuurlijk wordt dit voorstel niet met gejuich ontvangen. Iedereen wil elke dag een tosti!
Wat dan? Zijn er meer oplossingen mogelijk om de gezelligheid aan tafel te bevorderen en de dagelijkse tosti te bewaren? Misschien 1 iemand verantwoordelijk maken voor het bakken van de tosti’s? Dit idee spreekt de kinderen wel aan. Je maakt zelf je tosti, belegd met ten hoogste 2 dingen – dat aantal rees ook nog wel eens de pan uit- en geeft hem aan de tostibakker van de week. Deze zorgt ervoor dat de tosti in het apparaat komt, en ook weer eruit. Vijf minuten voordat we aan tafel gaan, zet de tostibakker het apparaat aan, zodat we meteen kunnen beginnen met deze heerlijke boterhammen.
Het volgende probleem was wie wanneer aan de beurt is. Iedereen wil eerst! Ook voor dit probleem vonden de kinderen snel een oplossing: de naam van iedereen die een tosti wil op een briefje in een potje. De tostibakker trekt steeds blind twee namen. Die mensen mogen het eerst hun tosti erin. Als zij klaar zijn -maximaal 5 minuten per tosti- mag de volgende. Een verantwoordelijke taak. Emma wil hem deze week graag op zich nemen. Ze doet het goed. Mijn twee tosti’s waren in ieder geval heerlijk!