Donderdag 27 maart. Een pakje appelsap en een zoetje, genoeg om een proefje mee te doen. We hebben geen idee wat het gaat worden. "Moeten we het buiten doen?" Sjoerd zegt dat dat niet nodig is. Hij giet appelsap in een glas en doet er 1 zoetje in. Vol spanning kijken we toe. Er gebeurt niet veel, een beetje geborrel in het glas. "We moeten er veel meer zoetjes in doen", zegt Miquel. En hij voegt de daad bij het woord, tot er uiteindelijk 11 zoetjes in het glas appelsap zitten. Nog steeds is het niet spectaculair wat er gebeurt, het borrelt wat meer, de zoetjes drijven in stukjes omhoog en naar beneden. Maar als je goed kijkt van dichtbij, is het toch wel erg mooi om te zien.
Miquel heeft de smaak te pakken, en komt met suiker, koffie en een theezakje aanzetten en gooit dit bij het bruisende appelsap. Mooier wordt het er niet op, en het ruikt ook niet echt lekker. Op naar de volgende proef, een toverdrankje ‘felix …’, waardoor je je goed gaat voelen. Hierin moeten vanzelfsprekend alleen lekkere dingen: een blaadje mint, een blaadje citroen, suiker, honing, aardbeienjam en slagroom. Goed doorroeren, even proeven: mmm, mierezoet, maar lekker! "Ja, dit wordt het kindernagerecht voor ons restaurant op 16 april", zegt Miquel. Meteen schrijft hij alle ingrediĆ«nten op een blaadje, zodat we het niet zullen vergeten.