Donderdag 7 januari. Een ochtend en een middag tussen de jongste leerlingen. Spelletjes doen, boekjes lezen, kijken naar de kinderen. Ze spelen en bakken taarten van hout, ze bouwen met kapla een dierentuin voor alle dieren. Koektijd, naar het souterrain. Daar zitten zeven pubers aan een grote tafel. Ze luisteren muziek, praten met elkaar, laten elkaar foto’s en filmpjes zien. Een enkele kleuter klimt op de bank tussen de jongens van 15. Even aandacht voor elkaar. “Hoe gaat het, Luc?””Goed hoor!” Ze eten koek en drinken appelsap.

Dan een schrijfdansles met scheerschuim, altijd een feest. Een enkeling durft nog niet met zijn vinger in het scheerschuim te gaan, maar vindt het wel interessant om te kijken wat anderen doen. Het leukst is natuurlijk als er een kleurtje door het scheerschuim mag, geel, rood, blauw. Daarna kunnen we een afdruk maken. Het lijkt wel toveren.

Ook tijdens de lunch gesprekken tussen peuters (nou ja, eigenlijk kleuters) en pubers. Zo leuk om te zien hoe vanzelf dat gaat, zo natuurlijk. En dat is het ook, alle leeftijden door elkaar, een minimaatschappij op school.