Vrijdag 30 maart. Iedere vrijdag naar het bos met Gert voor de biologieles. Twee keer zijn we in de buurt het bos ingegaan, vonden omgezaagde boomstammen en zagen een groot mierennest. Vandaag gaan we iets verder weg: Op de fiets naar Sorghvliet, het ommuurde bos dat grenst aan het Catshuis. Ooit eigendom van Jacob Cats die de naam ervoor koos: Een plek waar de zorgen verdwijnen: sorgh vliet. We zetten onze fietsen op slot en ontmoeten de boswachter. Hij heeft vanmorgen al twee takkelingen gezien: jonge sneeuwuilen. Zullen wij ze ook zien? We horen een pimpelmees, koolmees en tjiftjaf. Kinderen kijken door hun kijker of ze nog vogels kunnen opsporen. Bjorn ontdekt het hol van een rosse woelmuis. Gert laat ons zien hoe je zeker weet dat daar een muis woont: er liggen aangevreten hazelnoten, met tandjes van de woelmuis erin,  onder de eikenboom. We picknicken op een grasveld en doen een fantastisch kleurenspel. Alle kleuren van de regenboog zitten in de steentjes die Gert aan iedereen uitdeelt,  maar al die kleuren zitten ook in de natuur. Zoek maar. Het lukt. Een rood blaadje, een bruin blaadje uit de herfst, een geel bloempje… We proeven zuringblaadjes, inderdaad erg zuur.

Daarna lopen we heel stil verder, zullen we de sneeuwuiltjes zien? Helaas. Wel ontdekken we boven ons hoofd 2 buizerds die mauwen in de lucht. We eten een koek en drinken het laatste restje limonade. Een gaai en kauwen komen onze restjes opeten. Voldaan over alles wat we gezien en gehoord hebben fietsen we terug naar school.