Woensdag 10 juni. Om 9 uur ga ik, zoals iedere woensdag, rekenen met Heleen. Yanna (5) drentelt wat rond en is aan het bedenken wat ze zal gaan doen. "Heb je geen zin om mee te doen met rekenen?", vraag ik haar. "Kom maar eens kijken." Yanna huppelt mee naar de werkruimte en gaat zitten. Ik laat haar de kralenstaafjes zien: Montessori-materiaal in drie prachtige houten kistjes, 1 met een gouden deksel met daarin goudkleurige staafjes met 10 kralen eraan; 1 met een rood deksel met gekleurde kralenstaafjes van 1-9, en 1 met een zwart deksel met zwarte en witte kralenstaafjes. Yanna pakt meteen een gouden staafje en gaat de kraaltjes tellen. "Het zijn er 10!" Dan laat ik haar een andere kleur kiezen. Hoeveel kralen zitten daaraan? En als je het er net zoveel wil hebben als aan het gouden staafje, hoeveel moet je er dan bij doen? Yanna telt en zoekt en vindt het goede aantal kralen. 9+1= 10 is de som die ze gemaakt heeft met de kralen, en die laat ik haar in cijfers leggen in de houten kist met magnetische cijfers (fijn als je zulk prachtig materiaal hebt!). Ze maakt dezelfde som nog een keer en legt die eronder, uit zichzelf.

"Wil je ook nog een cijfer schrijven?", vraag ik. "Ja, de 3", zegt Yanna. Ik schrijf hem groot op een A4, zij trekt hem over met wasco, in verschillende kleuren. Die mag in haar map. En zo heb je, in 15 minuten gezellig bij elkaar zitten, echt gerekend met een kleuter. Ik vind het leuk om haar te laten ervaren hoe ‘echte’ sommen eruit zien. Want dat is toch wat de bijna alle kinderen willen: meedoen met wat iemand anders al kan, in het echt, en niet voor spek en bonen.