Vrijdag 6 februari. Pannenkoeken bakken hebben we natuurlijk al vaker gedaan. Vandaag worden het onder andere de kaaspannenkoeken uit de receptenklapper van Heleen. Maar als er pannenkoeken met kaas zijn, dan ook met spek, en met niets. We zijn druk aan het bakken als degene binnenkomt die misschien onze toekomstige scheikunde-docent zal zijn. Hij zal later terugkomen, als de pannenkoeken klaar zijn. We zitten aan tafel, en ik heb nog net twee pannenkoeken kunnen redden voor hem. De rest verdwijnt als sneeuw voor de zon (3 kwartier bakken, in 5 minuten verdwenen…)

Het wordt een leuk gesprek. Iemand die wil doen, en aan kinderen wil laten zien, wat hij zelf leuk vindt: scheikunde ervaren. Als 11-jarige had hij al een eigen laboratorium in de schuur van een vriendje. Nu zegt hij dat scheikunde ook voor heel jonge kinderen interessant kan zijn: Je kookt een ei en het wordt hard, maar wat gebeurt er dan eigenlijk? Je slikt een pil, die komt in je buik, maar je hoofdpijn gaat over, hoe kan dat? Je hebt aardolie en het wordt plastic en benzine, hoe doen ze dat? Vragen gegrepen uit het leven waar ook onze kinderen middenin zitten. Dat kunnen boeiende lessen worden! Maandag stellen we het voor in de schoolkring, maar we weten nu al dat er zeker belangstelling voor zal zijn.