Woensdag 9 juli. Net heerlijk aan het voorlezen (een prachtig boek voor kleuters over hoe een olifant eruit ziet en wat hij allemaal doet en kan), als het alweer tijd is voor de schoolkring. Natuurlijk doe ik mee, al is het alleen al om een agendapunt wat ik er zelf op heb gezet: hoe ga je met elkaar om? Zoiets komt niet uit de lucht vallen, er is een aanleiding om dit juist nu te doen: Na de meivakantie zijn we gegroeid van vijf naar acht kinderen. Dat heeft zijn weerslag op iedereen. De plek, die je in het geheel had, verandert: je speelt niet altijd meer met dezelfde kinderen als daarvoor; wat eerst vanzelfsprekend was, wordt nu ter discussie gesteld. Dat gebeurt niet altijd zachtzinnig, en daarover wil ik graag praten.

Wat kun je doen als je eigenlijk zin hebt om iemand te slaan? Je kunt weglopen, je kunt iemand anders erbij halen, je kunt het uitpraten. Al pratend met elkaar komen er veel waardevolle dingen naar voren. We sluiten het af met een afspraak: ‘Als iemand STOP zegt, respecteren de anderen dat.’ Of, korter: STOP is STOP. Niet alle kinderen zitten er bij op het moment dat we deze afspraak maken. Daarom vragen we of iedereen na de lunch even om de tafel wil komen zitten om de nieuwe afspraak duidelijk te maken en uit te leggen hoe we tot deze afspraak gekomen zijn. Goed om te doen, en iedereen er weer even bij te hebben, onze groep Alles.